Page 28 - KPMG Promemorie 2018
P. 28
1.11 Heffingskortingen
2018 2017 2016
Jonger AOW- Jonger AOW- Jonger AOW-
dan leeftijd en dan leeftijd en dan leeftijd en
AOW- ouder AOW- ouder AOW- ouder
leeftijd leeftijd leeftijd
EUR EUR EUR EUR EUR EUR
Algemene heffingskorting 1)
Maximaal voor lagere inkomens 2.265 1.157 2.254 1.151 2.242 1.145
Arbeidskorting
2)
Maximaal voor lagere inkomens 3.249 1.659 3.233 1.645 3.103 1.585
Werkbonus (maximaal) – 1.119 1.119
3)
Inkomensafhankelijke
4)
combinatiekorting (maximaal) 2.801 1.431 2.778 1.419 2.769 1.413
5)
Ouderenkorting (maximaal) 1.418 1.292 1.187
6)
Alleenstaande ouderenkorting 423 438 436
Jonggehandicaptenkorting 728 722 719
7)
8)
Levensloopverlofkorting 212 210 209
1) Geldt voor iedereen. Vanaf een inkomen van EUR 20.142 (2017: EUR 19.982 en 2016: EUR 19.922)
wordt de algemene heffingskorting lager naarmate het belastbaar inkomen uit werk en woning
stijgt. Vanaf dit bedrag wordt de algemene heffingskorting afgebouwd met 4,683% (2017: 4,787%
en 2016: 4,822%) De uitbetaling van de algemene heffingskorting aan de minstverdienende
partner wordt afgebouwd in 15 jaar tijd met 6,67% per jaar. De afbouw is gestart in 2009. Dit
betekent dat er in 2018 ten hoogste 33,33% (2017: 40% en 2016: 46,67%) of EUR 755 (2017:
EUR 902 en 2016: EUR 1.047) van de algemene heffingskorting wordt uitbetaald aan de
minstverdienende partner. Deze afbouw geldt niet voor de belastingplichtige die geboren is voor
1 januari 1963.
2) Geldt voor iedereen die met tegenwoordige arbeid inkomen geniet (loon, winst uit onderneming of
resultaat uit overige werkzaamheden). De afbouw van de arbeidskorting met 3,6% (2017: 3,6% en
2016: 4%) start bij een inkomen van EUR 33.112 (2017: 32.444 en 2016: EUR 34.015).
3) De werkbonus wordt sinds 1 januari 2015 uitgefaseerd. Mensen die op 1 januari 2017 63 jaar oud
zijn, kunnen in aanmerking blijven komen voor deze heffingskorting. Elk jaar schuift de grens een
jaar op waardoor er geen nieuwe gevallen meer bij komen. Per 1 januari 2018 is de werkbonus
geheel afgeschaft.
4) Geldt voor minstverdienende partners en alleenstaande ouders tot wiens huishouden in het
kalenderjaar gedurende ten minste zes maanden een kind behoort dat bij aanvang van het
kalenderjaar jonger is dan 12 jaar en dat op hetzelfde woonadres staat ingeschreven. Men moet uit
werk een arbeidsinkomen (winst uit een of meer ondernemingen, loon of resultaat uit overige
werkzaamheden) hebben van meer dan EUR 4.934 (2017: EUR 4.895 en 2016: EUR 4.881), of
recht op de zelfstandigenaftrek. De heffingskorting bedraagt EUR 1.052 (2017: EUR 1.043 en 2016:
EUR 1.039) plus 6,159% (2017 en 2016: eveneens 6,159%) van het arbeidsinkomen voor zover dat
meer bedraagt dan EUR 4.934 (2017: EUR 4.895 en 2016: EUR 4.881), maar maximaal het in de
tabel opgenomen bedrag. Dit maximale bedrag wordt bereikt bij een arbeidsinkomen uit werk van
EUR 33.331 (2017: EUR 33.065 en 2016: EUR 32.970).
5) Geldt voor belastingplichtigen die aan het einde van het kalenderjaar de AOW-leeftijd hebben
bereikt (zie 1.10.3) en die een verzamelinkomen hebben van niet meer dan EUR 36.346 (2017: EUR
36.057 en 2016: EUR 35.949). Bij een hoger verzamelinkomen bedraagt de ouderenkorting EUR 72
(2017: EUR 71 en 2016: EUR 70).
6) Geldt voor degene die in het kalenderjaar in aanmerking komt voor een AOW-uitkering voor
alleenstaanden.
26 januari 2 0 1 8 © 2018 Meijburg & Co, Belastingadviseurs, is een samenwerkingsverband van besloten
vennootschappen, staat ingeschreven in het Handelsregister onder nummer 53753348 en is aangesloten
bij KPMG International Cooperative (’KPMG International’), een Zwitserse entiteit. Alle rechten
voorbehouden.